Ralph.
‘Waar ben je in godsnaam mee bezig Maud? Waar heb je last van? Dit kun je toch niet maken?’ Ik had het hele schouwspel van een afstandje bekeken en me er bewust niet mee bemoeid om het niet nog erger te maken. Ik voelde een diepe plaatsvervangende schaamte tegenover Lexie. Ze stond daar zo alleen, op iets wat al een hele verdrietige dag voor haar was en ze kon gewoon niets uitbrengen. Toen Maud een standje had gekregen van Florine, was ze als een hond met haar staart tussen haar poten afgedropen. Toen ze langs het steegje liep waar ik in stond te wachten, trok ik haar aan haar arm naar me toe.
‘Oh, dus je hebt alles gehoord? Kon je me niet even komen verdedigen dan?’ zei ze boos.
‘Waarom zou ik jou verdedigen Maud? Je zag hoeveel pijn je Lexie deed. Ze was je vriendin, waarom doe je zoiets?’
Verbaasd keek ze me aan.
‘Ik ehh, dacht dat je blij zou zijn. Het is nu definitief over tussen Lars en Lexie, dus de weg is vrij voor jou. Ik wilde ervoor zorgen dat ze je niet weer zou afschepen en je gewoon een relatie met je dochter kon opbouwen.’
Ik zuchtte en sloeg mijn armen over elkaar heen. ‘Heb je enig idee wat je gedaan hebt Maud? Als dat al je doel was, dan heb je dat niet gehaald. De kans dat Lexie nu überhaupt ooit nog met me wil praten is al ontzettend klein.’
Ze haalde haar schouders op.
‘Dat zal wel meevallen. Ik weet niet hoe het komt, maar jij en Lexie vinden elkaar altijd terug. Wat er ook tussen jullie gebeurd. Bovendien.. Jullie hebben een kind samen. Dus ze moet wel met je praten.’
Met die woorden liep ze weg. Wat ik toen nog niet wist is dat ze die ochtend al een vlucht had geboekt om terug te gaan naar Afrika. Iets meer dan een week later vond ik een ansichtkaart in mijn postvak. Er stond niet heel erg veel op, behalve:
He!
Mocht je onze reis ooit willen vervolgen, dan weet je waar je me kunt vinden.’
Groetjes Maud.
Op de voorkant stonden een aantal foto’s van Durban en even twijfelde ik om terug te gaan. Niet perse naar Maud, maar wel naar Arnoud, de me steeds de mooiste foto’s had gestuurd uit Madagascar. Maar ik had een dochter en ik wilde een eerlijke kans krijgen om een band met haar op te bouwen.
Natuurlijk was er ook een deel van me dat nog hoop had dat ik ooit nog een eerlijke kans zou krijgen met Lexie, maar ik wist ergens al dat die kans nu voorgoed verkeken was.
Twee weken na het vertrek van Maud, stond ik een beetje in tweestrijd. Ik wist niet meer wat ik nou moest doen. Ik kon hier blijven, om een band met Rosie op te bouwen. Maar dan moest ik wel een baan gaan zoeken en een huis vinden. Ik kon niet voor eeuwig in deze hotelkamer blijven bivakkeren. Maar voordat ik die beslissing kon maken, moest ik eerst met Lexie praten. Ik wist alleen niet wanneer het daarvoor het goede moment zou zijn.
Bovendien had ik nog wat anders dat me heel erg dwars zat en wat ik eerst moest oplossen, voordat ik überhaupt Lexie onder ogen wilde komen. Ik pakte mijn jas en rugzak en liep de strandboulevard op, richting de wijk waar Lexie woonde. Het was een behoorlijk eind lopen, dus ik was blij toen ik er eindelijk was. Ik liep het huis van Lexie voorbij en liep naar het huis van Florine en Joost, waar twee auto’s op de oprit stonden. Ik was een beetje zenuwachtig. Sinds het gedoe in Kaapstad had ik Joost niet meer gezien en ik wist niet hoe hij erover dacht dat ik weer terug was. Zeker na wat er op de begrafenis gebeurd was. Ik haalde diep adem en drukte op de bel, waarna er meteen iemand naar de deur kwam.
‘Ralph? He, kom binnen! We dachten dat je weer vertrokken was.’
Florine opende de deur zodat ik er langs kon en ik liep de gang in.
‘Flo, wie is daa.. Oh..’ zei Joost toen hij me zag staan.
‘Ik kom geen onrust zaaien, ik beloof het. Ik wil alleen met jullie praten.’
Hij zuchtte en stak uitnodigend zijn arm uit naar de eetkamertafel, waar ik plaats nam.
‘Wat doe je hier Ralph?’ vroeg Joost, die tegenover me ging zitten.
‘Joost, gedraag je eens. Ralph? Wil je koffie?’
Ik knikte en schoof mijn stoel aan.
‘Luister, ik weet dat Lexie haar keuze heeft gemaakt en ik wil daar niet tussen komen. Als het aan mij zou liggen dan zou ik gewoon weg gaan en ditmaal niet meer terugkomen. Maar ik weet dat Rosie mijn dochter is en ik wil haar heel graag leren kennen.’
Florine zette een kop koffie voor me neer en gebaarde naar Joost dat hij op moest schuiven. Joost bromde wat en schoof een plek op.
‘Hmm, ja dat snap ik. Maar dat zul je eerst met Lexie moeten overleggen. Ze is onze kleindochter, we hebben daar niet zoveel over te zeggen.’
Ik knikte. ‘Klopt, maar ik weet dat Lexie heel erg veel waarde aan jullie oordeel hecht en daarom ben ik naar jullie toe gekomen. Ik denk dat wij namelijk eerst het één en ander moeten uitpraten voordat ik naar haar toe ga.’
Ze keken elkaar aan en knikten.
‘Goed, dan wil ik eerst even iets uit de weg ruimen.’ zei ik terwijl ik mijn rugzak openritste. Ik haalde er een map uit en gaf hem aan Joost.
‘Ik weet dat Lexie denkt dat ik weg ben gebleven omdat ik daar geld voor kreeg, maar dat was niet zo. Van al het geld dat je me heb gestuurd, heb ik geen cent aangeraakt. Ik wilde het eerst allemaal aan je terug geven, maar ik heb het op naam van Rosie gezet. Als ze achttien is heeft ze zo een mooie spaarrekening om iets goeds mee te doen.’
Joost sloeg de map open en knikte. Het was er allemaal nog. De vijfduizend euro die hij als startbedrag had gegeven en de duizend euro die hij per maand stuurde. Ik was in totaal vier jaar en tien maanden weggebleven. Er stond ruim 63.000 euro op de rekening en met de rente die er overheen kwam, zou dat bedrag op haar achttiende verjaardag enorm gegroeid zijn.
‘Daarnaast wil ik jullie mijn excuses aanbieden. Ik weet dat het al heel erg lang geleden is, maar ik had nooit verliefd mogen worden op jullie dochter en al helemaal niets met mijn gevoelens mogen doen. Ik realiseer me dat haar leven een stuk makkelijker was geweest als ik niet in beeld was geweest, of slechts als leraar.’
Ik stond op en stak mijn hand uit, naar Joost.
‘Ik kan niet goedmaken wat ik heb gedaan, maar ik hoop dat we op een dag door één deur kunnen en dat er geen sprake meer is van haat en nijd. Dat er niemand meer weggestuurd wordt en dat er niemand meer hoeft te liegen. Mijn prioriteit is dat Lexie en Rosie heel gelukkig worden. Of dat nu met mij of met een ander is. Dat is altijd mijn hoofddoel geweest en daar is niets aan veranderd.’
Joost keek twijfelend naar mijn hand en daarna naar Florine. Ze knikte en hij pakte mijn hand stevig vast.
Meteen verder lezen? Je koopt het boek hier!