Zilvermeer | Hoofdstuk 6

by Tamara

Ik rukte me los uit de greep van degene die achter me stond en draaide me woedend om. Meteen voelde het alsof mijn keel werd dichtgeknepen. Voor me stond Margot.. Of nouja, ik kon zien dat het Margot was, maar ze leek er niet echt meer op. Haar huid was groenig en leek op de één of andere manier uit schubben te bestaan. Haar haren waren nat en haar gezicht glom een beetje, net als de huid van de vissen die ik wel eens op de markt had gezien. Haar gezicht was uitdrukkingsloos en mijn ogen werden naar haar handen getrokken. Haar vingers waren door midden van een soort vliezen aan elkaar gegroeid tot een soort van vinnen. Hoewel ik vrij zeker wist dat de vrouw die voor me stond Margot was, leek ze er totaal niet op. Datgene dat hier voor me stond was een monster.

Margot keek me aan met haar ogen die zoveel donkerder leken dan anders en begon ineens te lachen. Haar lach leek niet op de lach van Margot, deze was hoog en leek uit haar keel te komen borrelen, alsof ze onder water aan het lachen was.

Margots aandacht werd ineens getrokken op iets dat achter me gebeurde en ik volgde haar blik naar het meer waar Jack steeds verder het water in liep. Het wezen was inmiddels verdwenen en Jack liep de dikke, donkere mist in. Het stomme was dat ik hem heel graag wilde helpen, maar het voelde alsof ik aan de grond genageld stond en me niet kon verroeren. Ik vermoedden dat dat kwam door de handen van Margot, die zich op mijn armen bevonden. Het voelde alsof er door haar vingertoppen iets mijn lichaam instroomde, iets dat ervoor zorgde dat mijn lichaam verdoofd aanvoelde en ik me met de seconde zwakker voelde worden.

‘Margot.. Wat doe je?’ Vroeg ik zachtjes.

‘Wat denk je dat ik aan het doen ben Isela? Ik neem wraak voor wat je met mijn man gedaan hebt.’

‘I-Isela? Ik ben haar niet Margot.. ik ben het, Mia.’

Ze gooide haar hoofd in haar nek en begon heel hard te lachen. Maar zo snel als ze begon was het ook weer voorbij en voordat ik het doorhad, had ze haar handen op mijn slapen gelegd en duwde ze aan beide kanten van mijn hoofd. Het voelde alsof mijn hoofd geplet werd en meteen toen ik mijn ogen sloot, zag ik weer een flashback. Het was net alsof ik weer terug was op het punt waar het de vorige keer eindigde. Het moment dat Isela gestoken werd door de vrouw van de smit.

Isela lag op de grond te kreunen van de pijn, terwijl ik de vrouw hard hoorde lachen.

‘We zijn niet ver genoeg gegaan.’ Hoorde ik Margots stem zachten zeggen. Ze kneep weer en meteen bevond ik me in een andere ruimte. Ik was terug in het huis, het witte huis met de lichtblauwe houten luiken en bevond me in de kamer waar Isela zich aan het klaarmaken was voor een feest. Ze stond voor de spiegel en droeg de blauwe jurk die ik daar in de kast had zien hangen. Een oudere vrouw mopperde dat ze haar buik in moest houden, terwijl ze met harde rukken haar corset zo strak mogelijk vastmaakte. Ik zag aan het gezicht van Isela dat ze pijn had, maar zich niet wilde laten kennen. Er werd op de deur geklopt en een man van ergens in de dertig kwam de kamer binnenlopen. Hij leek niet helemaal op zijn plek te zijn. Zijn witte hemd zag er goedkoop uit en hoewel het duidelijk was dat hij had geprobeerd zijn handen schoon te boenen, waren de zwarte randjes onder zijn nagels nog duidelijk te zien.

De oudere vrouw keek afkeurend naar hem en gaf nog een laatste ruk aan het corset, waarna ze de jurk sloot en de kamer uitliep.

Isela draaide zich om en kreeg een roze blos op haar wangen. Het was gewoon eng om te zien hoeveel ze op mij leek. Haar haren waren exact dezelfde kleur en in het zwakke licht van de talloze kaarsen, leken haar ogen nog meer violet dan anders.

‘Ik ben sprakeloos.’ Zei de man zachtjes, terwijl hij een stapje naar haar toe deed. Ik probeerde zijn gezicht te zien, maar hij stond achter het gordijn van het hemelbed, waar hij net buiten mijn bereik was.

‘Is dat iets goeds, of iets slechts?’ Zei Isela met haar zachte, betoverende stem.

‘Goed, absoluut. Je bent prachtig.’

Hij maakte en kleine buiging en gaf haar een witte bloem, die ze zonder te twijfelen in haar kunstig opgestoken haar duwde.

‘Ben je er klaar voor?’ Zei hij zachtjes.

Hij liep naar haar toe en pakte haar handen. Hij ging met zijn rug naar me toe staan en zo had ik zicht op haar gezicht, waarop ik een ernstige blik zag.

‘Maar Daniel.. Je vrouw.. Je kunt haar niet zomaar achterlaten.’

‘Ik hou van jou Isela. Jij bent degene die mijn hart heeft, niet zij.. Ze is vol haat en woede, jij bent vol van liefde en goedheid. Ik wil niets liever dan mijn leven met jou doorbrengen.’

Isela slikte en knikte, waarna hij een zachte kus op haar hand drukte.

‘Ik zie je op het feest.’ Zei hij zachtjes en liep de kamer weer uit.

Ze draaide zich om naar de spiegel en ging zitten op de stoel, net zoals ik gisteren had gedaan. Ze veegde een traan van haar wang en zuchtte diep, waarna haar vader vanaf beneden riep dat het tijd was om te gaan.

Weer voelde ik die allesoverheersende druk om mijn hoofd, waardoor ik genoodzaakt was mijn ogen te sluiten. Toen ik ze opende, bevond ik me ineens op een plein. Ik herkende het plein van de eerste flashback, het was een feest. Overal waren mensen aan het dansen, maar niemand was zo mooi als zij. Haar verschijning leek het hele plein te verlichten. Ze danste met een man die niet leek op de man die eerder bij haar was en ergens vermoedde ik dat dit dan haar vader moest zijn. Ik keek om me heen en zag een wat oudere vrouw, met een donkerbruin vies schort aan de kant staan. Hoewel iedereen in de ruimte aan het lachen was, keek zij woedend en wierp ze steeds woedende blikken richting Isela. Ik was even afgeleid door een man die de dansvloer op liep en zag dat bij haar hetzelfde gebeurde. Haar gezicht veranderde in een woedende grimas en toen ik naar Isela keek, zag ik pas wat er aan de hand was. De man die net in haar kamer was geweest, danste nu met Isela. Ze lachte toen hij haar ronddraaide en pas toen kreeg ik een eerste kans om zijn gezicht te zien. Een kans die er meteen voor zorgde dat ik een brok in mijn keel  kreeg.

Daar, op de dansvloer, was het net alsof ik mezelf en Jack zag. Natuurlijk waren de kleren anders en was de gelijkenis niet helemaal hetzelfde, maar deze man leek onmiskenbaar op Jack, net zoals het meisje een kopie van mij leek te zijn.

Ze lachten en hij trok haar dicht tegen zich aan, tot ongenoegen van de vrouw die aan de kant stond en woedend naar de twee geliefden keek. Hoe langer ik keek, hoe bekender de vrouw me voorkwam. Hoewel de gelijkenis niet heel groot was, kon het niet anders dan dat deze vrouw een voorouder van Margot was, Al was het maar omdat ze dezelfde haakneus hadden.

De muziek stopte, iedereen maakte een buiging en ging weer verder met hun gekke dansen. Isela was moe en ging heel even zitten, het was duidelijk dat haar corset veel pijn deed en dat ze moeite had met ademen. Ineens zag ik hoe de vrouw van de zilversmid Isela ongezien meesleurde en het plein af liep, richting de grotten.

Ik sloot mijn ogen en bevond me meteen weer in de grot, waar de vrouw van de Smit met het scherpe mes  de jurk van haar lichaam sneed en hem als vod achterliet, met het korset ernaast. Het meisje had geen andere keuze, ze moest of de grotten in, of het meer. Ze koos voor dat eerste en zette het op een rennen. De vrouw van de zilversmid, begon keihard te lachen en rende haar achterna. Ineens was ik weer op het punt waar het gestopt was. Isela lag op de grond met een mes  in haar buik en hoewel hoewel haar hele lichaam trilde, leefde ze nog wel.

De vrouw liep om haar heen en gaf haar een schop in haar buik, precies op de plek waar ze net gestoken was. Het was de laatste genadeklap, het jonge meisje hapte nog twee keer naar adem en kroop ineen, waarna haar lichaam slap werd.

Wat er toen gebeurde was zonder twijfel het meest ranzige dat ik ooit had gezien en ik moest mijn best doen om niet te kokhalzen. De vrouw boog zich over het lichaam van Isela, pakte haar pols, maakte er met haar mes een snee in en begon te drinken. Terwijl ze dat deed, gebeurde er iets heel erg raars. De grond begon te rillen, eerst zachtjes, maar daarna steeds harder, totdat ik me ergens aan vast moest grijpen om niet om te vallen. In de andere schacht hoorde ik het geschreeuw van de mijnwerkers, die doodsbang waren en duidelijk voor hun leven vreesden. Overal om me heen begonnen stenen te vallen. De ene na de andere rots viel naar beneden en het kostte me behoorlijk veel moeite om ze te ontwijken. Ineens werd mijn blik getrokken door Isela, die daar nog steeds op de grond lag. De vrouw stond op en kreeg een enorme grijns op haar gezicht, waarna ze ineens in elkaar zakte.

Ineens viel de druk om mijn hoofd weg en bevond ik me weer in de grot, met Margot voor me.

‘Jij.. Je bent haar…’ stamelde ik.

‘Nee. Ik word haar..’ Zei ze met een glimlach, terwijl ze naar iets keek dat achter me gebeurde. Ik draaide me om en zag een wezen Jack uit het water tillen.

Hoewel ik doodsbang was, was ik ook gefascineerd door dit wezen, dat daar met Jack zijn levenloze lichaam in haar armen naar me toe kwam lopen. Het was duidelijk dat het niet menselijk meer was. Ze had het lichaam van een mens, maar een huid die bestond uit kleine schubben in alle kleuren van de regenboog. Haar haren waren zilverachtig groen en haar ogen waren helder als glas. Hoewel ik nog nooit in mijn hele leven zo bang was geweest voor iemand, kon ik niet stoppen met naar haar te kijken.

Het wezen kreeg een soort van glimlach op haar gezicht, waarbij een hele rij met vlijmscherpe tanden te zien was. Ze liet Jack als oud vuil op de grond vallen en liep naar me toe. Zachtjes streek ze met haar vinger over mijn wang, waar ik meteen dat verdovende gevoel weer voelde, alsof de aanraking van dit wezen ervoor zorgde dat je niets kon voelen, omdat je zo verdoofd was en dus ook niet kon ontsnappen.

‘Je hebt haar gevonden.’ Zei het wezen zachtjes tegen Margot.

Ik schrok van de stem, hij was betoverend, als een zachte magische melodie en hoewel ik me ertegen wilde verzetten, merkte ik dat ik meer wilde horen van deze stem. Ik twijfelde er geen moment aan dat dit het wezen moest zijn dat al die mensen het meer in had gelokt, alleen maar door haar stem te gebruiken.

‘Eindelijk.’ Zei Margot.

Door Margot haar stem kwam ik weer bij zinnen en ik duwde de arm van het wezen weg.

‘Wat zijn jullie? Wat willen jullie van mij?’

Het wezen lachte haar vlijmscherpe tanden bloot en greep mijn arm beet.

‘Je bent net zoals zij, nieuwsgierig.. Je stelt vragen over dingen die je niet mag weten.’

‘Vertel het haar gewoon.’ Zuchtte Margot.

Het wezen lachte en keek me doordringend aan. Ik keek in de donkere ogen en voelde een rilling van angst door mijn lichaam gaan. Daar in die ogen zag ik niets, niets anders dan een totale duisternis.

‘Sirens noemen jullie het toch? Of zeemeerminnen? Nou, zoiets zijn we. Alleen na honderdvijftig jaar ben ik moe.. Ik wil niet meer verder met dit leven, daarom neemt mijn achter, achter kleinkind het van me over.’

‘Maar wat heb ik hiermee te maken.’ Stamelde ik.

‘Het is echt een dom kind.’ Mopperde de Siren, waarna ze haar nagels in mijn arm boorde en me nogmaals doordringend aankeek.

‘We hadden gehoopt dat de mutatie die nodig is om ons te maken bij Isela uit zou sterven, maar dat gebeurde niet. Dat vreselijke krengetje bleek in de stad nog een zusje te hebben en laat dat nou jouw over, over grootmoeder zijn.’

Ik sloeg een hand voor mijn mond en zag Margot met haar ogen rollen.

En toen ineens.. Viel alles op zijn plek.

Meteen verder lezen? Je koopt het boek hier voor 4 euro!

Misschien vind je dit ook leuk

Ik zou het leuk vinden als je een reactie achterlaat!

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.