Een nieuwe kans | Hoofdstuk 24

by Tamara

Met open mond luisterde ik naar haar verhaal. Gisteren, net nadat ik weg was gegaan om met Noah te praten, had de boot van Seafluence eindelijk na weken zoeken de orka’s gevonden. Of eigenlijk orka, want van de hele groep was alleen Sigrún nog over. De mannen hadden haar gevonden terwijl ze verward en alleen rondzwom en de boot probeerde aan te vallen. Van de rest van de groep was geen spoor, alle dieren, inclusief het overgebleven kalf waren verdwenen.

Mijn maag draaide zich om en spontaan werd ik misselijk.

‘Maar hoe… Wie heeft het gedaan? Waar zijn ze?’

‘We weten het niet..’ zei ze zachtjes.

‘We weten alleen dat de rest van de groep Sigrún nooit achter zou laten, ze zijn heel erg trouw aan elkaar en verstoten elkaar nooit. Dus er moet iets verschrikkelijks gebeurd zijn..’

Ze begon weer te huilen en snel omhelsden we elkaar. Dat ik niet huilde betekende niet dat ik het niet erg vond wat er was gebeurd, ik was gewoon met stomheid geslagen dat dit was gebeurd. Een hele groep dieren was verdwenen en niemand wist waar ze gebleven waren.

‘Weet Darius het al?’ vroeg ik aan haar.

‘Nee, we willen eerst onderzoeken waar ze gebleven zijn. Als Dari erachter komt dat ze weg zijn en dat Sigrún alleen nog over is… Hij kan dat er nu niet bij hebben.’

Ik knikte en pakte mijn telefoon uit mijn zak.

‘Ik moet even iemand bellen, misschien dat hij weet waar ze gebleven zijn.’

Ze knikte en liep het kantoor uit, terwijl ik Noah probeerde te bellen.

‘He Rosie! Miste je me nu al?’

Ik negeerde zijn vraag en vertelde meteen waarom ik belde.

‘Noah.. Ik heb je hulp nodig.. Ik heb je toch verteld dat ze de groep orka’s niet konden vinden? Ze hebben ze gisteren gevonden, of nouja.. Wat nog over is van de groep.. Alleen de leidster van de groep zwemt nog rond en de rest is allemaal weg.’

‘Denk je dat ze meegenomen zijn?’

‘Ik heb echt geen idee, volgens mijn collega Katrin moet dat wel. Ze zouden nooit hun leidster achterlaten.’

Ik hoorde hem wat intikken op zijn laptop en hij zuchtte.

‘Oké, ik ga kijken of ik kan achterhalen waar de dieren zijn.. Zodra ik meer weet bel ik je terug.’

‘Dank je..’ mompelde ik zachtjes, maar voordat hij het kon horen had hij al opgehangen.

Ik riep het team bijeen en zei dat we misschien het beste in groepjes de kust konden afzoeken. Je kon een volwassen orka niet makkelijk verplaatsen, dus de kans was groot dat ze nog ergens in de buurt zouden zijn. Twee van de groepen ging over land alles bij de kust afzoeken, één naar de oostkant en één naar de westkant. De derde groep ging met de boot het water afzoeken of ze misschien ergens zouden kunnen vinden, al was dat in de afgelopen weken ook niet gelukt, dus waarschijnlijk nu ook niet. De vierde groep, die uit twee personen bestond, zou op zoek gaan naar Sigrún, om te kijken hoe het met haar ging.

De groepen vertrokken en ik wachtte ondertussen in het kantoor tot ik iets van Noah zou horen. Met een enorme mok koffie in mijn handen, keek ik uit over de zee.. Achter me lag nog een hele stapel met werk die ik kon doen, maar ik kon me er niet toe zetten. Wat voor zin had het om werk te doen om dieren te beschermen die dieren er niet eens meer waren?

Een uur verstreek, tot ik ineens een motor van een auto hoorde. Snel liep ik naar de zijkant van het balkon, waar ik zag dat Noah zijn auto parkeerde en uitstapte. De tranen sprongen in mijn ogen terwijl ik met twee treden tegelijk de trap naar beneden af rende, waar hij meteen naar me toe kwam en zijn armen om me heen sloeg.

‘Rustig Rosie.. Het komt allemaal goed! Ik weet waar ze zijn!’

Hij pakte mijn hand vast en nam me mee naar de auto, waar ik naast hem ging zitten. Hij reed een heel stuk langs de kust, waarna hij ineens een afslag nam richting een weg die tussen de rotsen door leidde. Na een tijdje stopte hij en gebaarde hij me om mee te komen. Hij pakte een verrekijker uit zijn dashboardkastje en liep voor me uit richting een hele hoge rots, waarachter we ons verstopten.

‘Daar zijn ze..’ zei hij terwijl hij naar beneden wees.

Ik ging naast hem staan en zag helemaal beneden aan de rotsen, een kleine baai die afgesloten was van de zee door een enorm stalen hek. De baai was zo goed verscholen tussen alle rotsen dat hij vanaf de zee niet opviel en je hem nooit zou kunnen vinden.

In de ondiepe baai zag ik de dieren zwemmen, een aantal van de orka’s lagen levenloos in het water, alsof ze het opgegeven hadden, twee volwassen mannetjes beukten steeds tegen het hek aan en de rest zwom onrustig rond, samen met de missende jongen die er ook tussen zaten. Aan de rand van de baai stond een hele grote loods, met daarnaast een aantal bootjes waar mannen naast stonden te praten. Beide hadden ze grote geweren in hun handen en het was duidelijk dat de dieren goed bewaakt werden.

‘Hoe heb je ze gevonden?’ vroeg ik zachtjes.

‘Een tijdje geleden was ik door de documenten van ProSea aan het zoeken naar een verklaring voor een grote uitgave, toen ik erachter kwam dat die uitgave was om die loods hier te bouwen. Ik vroeg aan een aantal collega’s wat ze daar aan het doen waren, maar niemand scheen het te weten, dus ik ging zelf maar op zoek. Een tijdje geleden kwam ik er al achter dat ze de jongen hierheen brachten, maar ik had nooit verwacht dat ze de grote dieren ook in zo’n kleine ruimte gevangen zouden houden.’

‘Weet je ook wat ze ermee gaan doen?’

Hij schudde zijn hoofd en pakte de verrekijker weer aan.

‘Nee, ik heb er wel een collega van me op gezet en ik verwacht dat hij me elk moment kan terugbellen met meer informatie.’

‘Oke..’ mompelde ik zachtjes, terwijl ik naar de dieren keek die daar beneden in de baai rondzwommen.

‘Kom, we gaan weer terug naar de auto.’ zei hij.

Meteen draaide ik me om en botste vol tegen hem op. Met een grote grijns op zijn gezicht keek hij me aan en schudde zijn hoofd.

‘Je bent nog steeds zo’n kluns als eerst.’

‘En jij bent nog even onuitstaanbaar.’

‘Wat zeg je nou? Onweerstaanbaar?’

Terwijl hij om zijn eigen grapje lachte, rolde ik met mijn ogen en liep ik langs hem heen naar de auto.

Nog voordat hij in de auto stapte, ging zijn telefoon. Hij nam op en aan zijn gezicht te zien kreeg hij goed nieuws.

Ondertussen stuurde ik Darius een berichtje hoe het met zijn vader ging en belde Katrin om te vertellen dat de we dieren hadden gevonden en waar ze waren.

Meteen toen ik ophing kreeg ik een berichtje terug van Darius.

He.. Gaat redelijk, hij was net heel even wakker, maar ze moeten hem nog eens opereren.. Hoe gaat het daar?

Ik besloot maar even niet te reageren tot ik hem goed nieuws kon vertellen en aan Noah zijn gezicht te zien, zou dat niet lang meer duren.

Hij stapte in en keek me aan met een grote lach op zijn gezicht.

‘We zijn precies op tijd, vanavond is er een grote veiling in die loods daar, waar de dieren verkocht worden aan de hoogte bieder.’

Ik keek verbaasd naar hem, wat was hier nou precies goed nieuws aan? Hij lachte en pakte mijn hand vast.

‘Ik heb kaartjes voor ons weten te regelen, wat zeg je ervan Rosie, wil je mijn date zijn voor vanavond?’

Misschien vind je dit ook leuk

Ik zou het leuk vinden als je een reactie achterlaat!

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.